Bettina Pousttchi (DE)

Bettina Pousttchi - Marlene I, Marlene II, Marlene III (2019)
Delirious (2019)
Fotografie Gert Jan van Rooij

Bettina Pousttchi - Marlene I, Marlene II, Marlene III (2019)

De Duits-Iraanse in Berlijn gevestigde kunstenaar Bettina Pousttchi (DE, 1971) maakt multidisciplinair werk dat betrekking heeft op geheugen, tijd, ruimte en geschiedenis. Ze werd bekend met haar grootschalige fotografische interventies op openbare gebouwen, die gerelateerd zijn aan de historische, sociaal-politieke context van de specifieke locaties. Haar monumentale foto-installatie Echo (2009/2010) omvatte de gehele façade van de Temporäre Kunsthalle Berlin en bestond uit 970 papieren posters die onmiddellijk het Palast der Republik in herinnering riepen, het gebouw dat net op datzelfde terrein was gesloopt - ooit de trots van de Duitse Democratische Republiek was het de politici na de Duitse hereniging een doorn in het oog.

In haar beeldhouwkunst verwerkt Pousttchi dagelijkse objecten uit de stedelijke ruimte, die overal ter wereld worden gebruikt, zoals pijpleidingen, dranghekken en fietsrekken. Dat straatmeubilair wordt door Pousttchi verbogen, verdraaid, vermengd en gestapeld. Het werk refereert aan de regulerende functie van het instrument en roept vragen op over wat ermee gebeurd kan zijn, vragen over de manier waarop mensen de stad gebruiken en zich erin gedragen en bewegen. Net als de gebouwen die Pousttchi gebruikt in haar praktijk, hebben ook haar sculpturen een praktische functie (gehad) en zijn ze tegelijkertijd beladen met collectieve en persoonlijke herinneringen en betekenissen.

Voor het werk voor DELIRIOUS gebruikte ze boombescherming-barrières, van die gebogen stalen buizen, die rond een boom worden gezet. Pousttchi plaatste ze in De Oude Warande niet om, maar langs een raadselachtige serie tegen elkaar aangeplante en met elkaar vergroeide beuken, die duidelijk geen onderdeel vormen van het oorspronkelijke ontwerp van het park. Ze maakte drie identieke lichtgroene sculpturen van boombeschermers die op sierlijke wijze twee aan twee of drie aan drie verstrengeld werden, zodat ze doen denken aan elegante dansparen. Pousttchi plaatste ze in een strenge regelmaat achter elkaar, met niet alleen een duidelijk verwijzing naar de Minimal Art maar ook naar de rechte beukenhaag. Met een redelijk klein, simpel gebaar zette de kunstenaar een heel perceel naar haar hand.